-
1 schlucken
schlucken♦voorbeelden: -
2 etwas zu schlucken bekommen
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > etwas zu schlucken bekommen
-
3 lump
adj. inclusief (bedrag); klonterig--------n. klont, klomp, brok; bult, knobbel; massa, hoop--------v. iets (maar moeten) slikken; over een kam scherenlump1[ lump] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 klont ⇒ klomp, brok3 massa ⇒ hoop, boel♦voorbeelden:————————lump2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
4 essuyer
essuyer [esŵiejee]2 〈 iets onaangenaams〉 (te) verduren (hebben) ⇒ ondergaan, ondervinden ⇒ 〈 belediging〉 moeten slikken ⇒ 〈 verlies〉 lijden♦voorbeelden:essuyer ses pieds • z'n voeten vegenessuyer la poussière • stof afnemen→ plâtrev1) (af)drogen, (af-, weg)vegen
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Нидерландский